NVOG nieuwsbrief Geen afbeeldingen? Webversie Nieuwsbrief 53vrijdag 29 november 2019 Uitwerking PensioenakkoordDe uitwerking van afspraken over het tweede pijlerpensioen is inmiddels begonnen. Het traject wordt aangestuurd door een stuurgroep bestaande uit vertegenwoordigers van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en werkgever- en werknemer organisaties met een aantal adviserende leden uit ‘het veld’. Er is een aantal werkgroepen ingesteld - bemand door wetenschappers, vertegenwoordigers uit het veld en van toezichthouders en CPB - die met voorstellen moeten komen voor de diverse elementen van het nieuwe stelsel, bijvoorbeeld op het terrein van de beleggingen, het omgaan met tekorten, de deling van risico’s, de overgang van het ene stelsel naar
het andere (de transitie) etc. Deze voorstellen worden door een voorbereidingsgroep gereed gemaakt voor besluitvorming in de stuurgroep. De stuurgroep zal de besluiten die in de uitwerkingsfase worden genomen, bespreken met een klankbordgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van organisaties van ouderen en jongeren. De samenwerkende organisaties van gepensioneerden zijn tezamen met een vertegenwoordiger van de senioren uit de FNV en CNV met 5 personen vertegenwoordigd in de klankbordgroep. Daarnaast zijn de jongeren met 5 personen vertegenwoordigd. Op dit moment zijn er nog geen concrete voorstellen maar in de afgelopen vergadering op 19 november heeft de Pensioencommissie zich gebogen over de uitgangspunten waarop de ouderenorganisaties de voorstellen willen toetsen. De belangrijkste toetsingscriteria zijn: · Het uitgangspunt dat een goed, koopkrachtvast – dus goed geïndexeerd - pensioen bereikt kan worden zodanig dat de deelnemer in beginsel na pensionering zijn levensstandaard overwegend kan handhaven. Voor wat betreft de indexatie moet dat ook voor de huidige gepensioneerden en slapers gelden. Dat laatste stelt vooral ook eisen aan de transitie. · Premie en verplichtingen dienen op dezelfde grondslagen bepaald te worden · Collectiviteit met verplichte deelneming en solidariteit tussen alle groepen bij de verdeling van risico’s: de risico’s van sterfte en langleven, arbeidsongeschiktheid en beleggingen. · Fondsen moeten voldoende vrijheid hebben voor hun beleggingsbeleid. In het bijzonder moet het mogelijk zijn om binnen een pensioenfonds een beleggingsmix te realiseren die aansluit bij de mate waarin de eigen deelnemers en gepensioneerden bereid zijn beleggingsrisico’s te dragen. Dit is dus ruimer dan het idee van belegging volgens een standaard life cycle waar het akkoord van uit gaat. Eventuele tekorten moeten in een relatief korte periode van 5 tot 10 jaar ingehaald worden. De Pensioencommissie onderschrijft de wenselijkheid van het in het akkoord genoemde voorstel om een maximum te stellen aan het deel van de premie dat bestemd mag worden voor het inhalen achterstanden van bijv. 10%. · Indien een fonds wel besluit de nieuw op te bouwen rechten af te splitsen van alle reeds opgebouwde rechten of meer specifiek van de reeds tot uitkering komende pensioenen van gepensioneerden en de slapers rechten, dan moet deze splitsing op evenwichtige wijze naar alle deelnemerscategorieën plaatsvinden en zodanig dat ook in het achterblijvende deel voldoende vermogenspotentieel is voor toekomstige (inhaal)indexatie. Bij splitsing is het voorts temeer van belang dat fondsen voldoende beleggingsvrijheid hebben aansluitend op de risicobereidheid zodat een eventuele groep achterblijvende ouderen vanuit de life cycle gedachte niet gedwongen kan worden nagenoeg uitsluitend vastrentend te beleggen. · Het nieuwe stelsel moet een breed draagvlak hebben. Voorwaarde daarvoor is ook dat er voldoende vertrouwen in het stelsel bestaat. Zonder instemming van de gepensioneerden komt het nieuwe stelsel er niet. Een van de hete hangijzers is uiteraard de rekenrente. Dit onderwerp komt pas aan de orde als overeenstemming bestaat over de uitwerking van het nieuwe stelsel. Op dit moment heeft de pensioencommissie aan dit onderwerp richting stuurgroep nog maar beperkt aandacht besteed. Enkele constateringen die de Pensioencommissie gedaan heeft: Medio december zal de eerste besluitvormende vergadering van de stuurgroep over deelonderwerpen plaatsvinden. De stuurgroep streeft ernaar de uitwerking van de afspraken inzake het tweede pijlerpensioen eind april 2020 af te ronden. |