Samenvatting van nieuws over pensioenen, deel 38
Zie het overzicht van eerder gepubliceerde samenvattingen.
Zie het overzicht van eerder gepubliceerde samenvattingen.
Het laatste jaarverslag van SPEO
Het komt een beetje als mosterd na de maaltijd, omdat het fonds nu in liquidatie is, maar SPEO heeft over het laatste boekjaar in zijn bestaan een jaarverslag gepubliceerd. Toch is het nuttig om te zien hoe 2015 is verlopen. Het valt op dat veel cijfers per einde boekjaar op nul staan, omdat de economische waardeoverdracht naar Pensioenfonds PGB per 30 november j.l. plaatsvond. De juridische overdracht was per 31 december. Gelukkig staan er ook veel cijfers per 30 november vermeld.
Voorin staat een duidelijk overzicht van de bedragen die de werkgever heeft betaald om de overdracht naar PGB mogelijk te maken. Allereerst was er een bijdrage van 28,5 miljoen om het verschil in dekkingsgraad tussen SPEO (95,7%) en PGB (100,7%) goed te maken. Daarnaast betaalde de werkgever 1,4 miljoen aan (voorschot) liquidatiekosten, ruim 2 miljoen als depot voor een mogelijk verlies van PGB op de belegging in het vastgoedfonds van JP Morgan, en tenslotte 10
miljoen als depot voor de bestaande CDC-regeling, om de toekomstige opbouw ervan te ondersteunen.
Rendement van 2,5%
Het gemiddeld rendement in 2015 was slechts 2,5% (in 2014 nog 19,1%). Dat is echter vergelijkbaar met de rendementen die veel andere pensioenfondsen hebben behaald. Het was gewoon geen geweldig beursjaar, vooral de tweede helft viel tegen. Door de gedaalde rente zijn de verplichtingen juist wel flink toegenomen: de zogenaamde technische voorziening steeg vooral daardoor van 847 naar 913 miljoen vlak voor de overdracht. Het aantal actieve deelnemers is in 2015 verder gedaald, van 1736 naar 1672 personen. De kosten van het vermogensbeheer zijn gedaald van 0,45% van het vermogen naar 0,34%. Dat is vergelijkbaar met de kosten bij PGB.
Vorig jaar publiceerde het Verantwoordingsorgaan nog een eigen jaarverslag. Over 2015 beperkt dit orgaan zich tot een oordeel. Dat is opgenomen als hoofdstuk 3 in het jaarverslag van SPEO. Het oordeel is trouwens ongekwalificeerd positief.
Afdekken van het renterisico
Afdekking van renterisico is van levensbelang voor pensioenfondsen. Rentedaling is namelijk van grote invloed op de hoogte van de dekkingsgraad. Neem als voorbeeld een dekkingsgraad van 100% zonder renteafdekking. Als de rente 1% daalt, zakt in dit geval de dekkingsgraad tot 82% à 83%, met nadelige gevolgen voor de opbouw en uitkering van pensioenen. Daar staat tegenover dat een stijging van de rente de dekkingsgraad fors opstuwt. Dan kan 1% rentestijging de dekkingsgraad verhogen van 117% à 118%. Om de dekkingsgraad niet de speelbal van rentedalingen te laten worden, dekken fondsen dat risico dus af. Pensioenfonds PGB dekt het renterisico bij een hogere rente meer af dan bij een lage. Immers bij een lage rente kan deze minder dalen en schade aanrichten dan bij een hoge rente. In het laatste geval loop je dus meer risico die je wilt afdekken.